zondag 13 juni 2010

Twitter en Google: verschillende vraagbaken voor verschillende vragen

Afgelopen vrijdag blogde Erwin Blom al het collectieve brein: Twitter. Waarom sommige vragen wel bij Twitter en niet bij Google beantwoord worden.
Twitter, alle mensen die er achter zitten, is veel beter in het snappen van de vragen. Als ik ' schilderij vrouw vage glimlach' google dan komt er niets uit. Maar twitter ik het dan weet ik zeker dat binnen de kortste keren Mona Lisa wordt genoemd.

Zo had ik ook een vraag over het onderstaande plaatje.

Net gezien. Waarom staan de paaltjes bij het Naardermeer op s... on Twitpic
Waarom staan deze paaltjes in het Naardermeer op spiralen twitterde ik. Het lukte me niet om deze vraag te googelen.












De beheerder van het Naardermeer kwam binnen een dag met het verlossende antwoord.











Hoe gaat dit in zijn werk?
Via drie bronnen ben ik geholpen.
1. Gradus Lemmen, de Naardermeerbeheerder, heeft waarschijnlijk zijn twitterzoekmachine  permanent op 'Naardermeer' staan en zag mijn vraag langskomen en reageerde gelijk.
2. Ik kreeg ook via de hashtag #durftevragen antwoord. Een hashtag is een code die aan een twitterbericht wordt toegevoegd zodat het eenvoudig gecategoriseerd en later gevonden kan worden. Via #durftevragen worden vragen gemakkelijker opgepikt door een grotere groep mensen. Er zijn mensen die graag anderen helpen en zoeken de vragen op, zie. Via deze bron heb ik ook een antwoord gekregen.
3. Mijn eigen twitternetwerk, dus degenen die mijn twitterberichten volgen, zijn ook bezig geweest. Dymphie heeft bijvoorbeeld mijn vraag doorgegeven aan haar twitternetwerk.

Na een tijdje vroeg Dymphie of ik al antwoord had gekregen. Dit had ik dus even moeten retweeten, lees melden. Ik was er zo maar vanuit gegaan dat de berichten aan mij door iedereen opgepikt werden.










De twitter-etiquette moet ik dus nog aanleren.
Zijn er nog meer regels en is dit misschien ook weer een vraag voor twitter?

woensdag 12 mei 2010

emotieborden

Ik fiets elke dag hetzelfde tochtje en ik kom altijd dit bordje tegen.

















Er staat op: 'hier svp geen fietsen' en daar onder: 'reling is voor ouderen'.

Ik vind dat vrij aandoenlijk. Ik stel me dan voor dat voordat het bord hier hing de ouderen zich om de fietsen heen moesten worstelen en dat het eigenlijk onmogelijk was. Maar ik vind het ook logisch dat er fietsen aan dit rek werden vastgemaakt, het is er praktisch voor gemaakt in Amsterdamse begrippen.
En daarom vind ik het nog mooier dat ik nog nooit een fiets aan dit rek heb gezien. Het werkt dus op het gemoed van meer mensen.

Dit is precies wat Dan Pink van Wired Magazine beschrijft in zijn presentatie over emotionally intelligent signs. De eerste 2 minuten zijn saai maar daarna wordt het interessant.



Wat Dan Pink goed aangeeft is wil men het publiek bespelen men verschillende hulpmiddelen kan gebruiken. Humor wordt vaak gebruikt.


Maar Pink brengt ook het woord compassie in. Heb begrip voor het publiek en reageer daar op.
De slide  hieronder vind ik een goed voorbeeld.


Dit bord was neergezet in de buurt van een lange rij en dit was precies wat de wachtenden nodig hadden.

Het probleem is dat het niet altijd makkelijk is om een goede emotioneel intelligente tekst te bedenken. Op mijn werk is het onderstaande papiertje op het kopieerapparaat geplakt. Ongetwijfeld werd er vaak op het knopje gedrukt waarnaar verwezen wordt. Maar ik ben eigenlijk vooral geïntrigeerd door dit briefje. Wat zou er gebeuren als ik er op druk? Ontploft de boel, komt er iets uit, worden mijn papieren opgeslokt?
Weet iemand hier wel een emotionally intelligent sign  van te maken?
En wie weet wat er gebeurt als ik op het knopje druk? Of moet ik het dan toch zelf gaan uitproberen?

vrijdag 30 april 2010

De boodschap en de boodschapper

Oh ja, hoe zet het ook alweer? Het gaat niet om de boodschapper maar om de boodschap.
In dit filmpje is dat mooi verbeeld.

zaterdag 24 april 2010

Wanneer worden emailnamen volwassen?

Laatst kreeg ik een mailtje van een vrouw via het mailadres van haar man. Ik kende deze man niet, dus was het mailtje op het eerste gezicht erg verwarrend voor mij en had ik het bijna weggegooid.

In het begin van het internettijdperk was het gebruiken van elkaars mailadres gangbaarder omdat niet iedereen een provider had. Later werden meer huishoudens aangesloten en konden een beperkt aantal emailadressen aangemaakt worden. Dat zorgde voor ingewikkelde samengestelde emailadressen; k.c.t.v@hetnet.nl (de eerste letter van alle gezinsleden) of hansmary@syno.nl (altijd de man eerst).

Maar het pastte wel bij het beeld dat de analoge gemeenschap nog had van mailen: er is één post(bus)ingang voor één gezin. Dat iedereen elkaars mail kon lezen was vanzelfsprekend.

Toen Yahoo, Hotmail en Gmail kwamen hoefden er geen mailadressen gedeeld worden maar was het moeilijker om je voornaam te gebruiken. Zo waren er altijd al een aantal Laura's  voorgegaan en moest jij het doen met: laura38@hotmail.com (wat overigens snel in de spamfilter verdween).

Maar nu kunnen we toch een onbeperkt aantal adressen maken, wordt het dan geen tijd om die ouderwetse onduidelijke mailadressen op te doeken. Mijn spamfilter hoeft dan ook niet extra getraind te worden.

De bovenstaande emailnamen zijn door mij verzonnen maar zijn wel op de werkelijkheid gebaseerd. 

vrijdag 2 april 2010

Woordjes leren

Het is nog wat vroeg om aan vakantie te denken maar het kan nooit vroeg genoeg zijn om je talenkennis wat op te vijzelen.
Toen ik nog op de middelbare school was het heel erg hip als een docent Engels of Duits met popliedjes aankwam en de tekst liet vertalen door ons. Voor mij was dat althans erg inspirerend om op die manier de saaie woordjes te leren.
YouTube heeft hiervoor een online lyricstrainer: LyricsTrainer


De bedoeling is dat van de liedjes die je hoort de ontbrekende stukjes onderaan het filmpje worden ingetypt.
Maar het valt nog niet mee om dat snel en netjes te doen. Voor een groot gedeelte vind ik het vooral een gezellige typecursus, ook niet slecht trouwens.

DemoGirl heeft een eenvoudig programma'tje gevonden om woordjes te leren. In het onderstaande filmpje legt ze het uit.



Ten slotte Lingro. Ik gebruik dit al enkele jaren met veel plezier.

Lingro heeft een originele manier van het woordjes leren.
Je neemt bijvoorbeeld een voor jou interessante website met ingewikkelde Engels termen. De url van deze site zet je in Lingro. Via Lingro bekijk je de site en kan dan de ingewikkelde termen aanklikken en vervolgens vragen naar een vertaling. De woorden die je hebt aangeklikt worden in je eigen database bewaard. En uit de database kun je vervolgens weer gaan leren. Ik vind het erg bruikbaar, want vooral het terugkijken op de woorden die ik niet wist is voor mij heel handig gebleken.












Er zijn talloze handige leerhulpjes te vinden. Ook Headmagnet iseen mooie. Kijk er eens naar.

maandag 29 maart 2010

Slow reading met de E-reader

Twee jaar geleden heb ik in dit blog geopperd dat ik lezer af was. Ik was op zoek naar de Sonja Bakker voor internet en mij zo aan het lezen te krijgen.
Ik geloof dat ik dat in de e-reader heb gevonden.

Sinds kort heb ik een e-reader. Ik was er al een lange tijd naar op zoek en het is de BeBook Neo geworden.
Een e-reader is een digitaal, draagbaar leesapparaat. Het voordeel is dat je in één apparaat een heleboel boeken kunt opslaan. Tijdens vakanties hoef je niet meer te denken aan het gewicht van de boeken maar kun je er veel in digitale vorm meenemen. De tekst is, omdat het via e-inkt wordt vertoond, erg prettig leesbaar.

Ik ga in deze post niet uitgebreid in op allerlei technische hoogstandjes, maar ik ga vooral de beleving beschrijven. (ai, beleving, wat een woord)


Inhoudsopgave bij de e-reader

Sinds twee weken lees ik dus de NRC op deze reader en ik heb enkele boeken gedownload waaronder het eerste deel van de Stieg Larsson trilogie.

Ondanks dat het apparaat in gadget-land nu top of the bill is vind ik het juist een back-to-the-basic apparaat. Het navigeren gaat weliswaar gemakkelijk, via mapjes, en doet zo denken aan de verkenner op mijn laptop, met de stylus zijn er weliswaar verschillende menu's te bereiken en teksten te markeren en het doorzoeken van teksten is gemakkelijk. Zo zijn er nog enkele handige extra's die je niet of nauwelijks met een fysiek boek kan doen.

Maar de content wordt in niet-opgesmukt zwart-wit vertoond. Er zijn geen schreeuwerige reclames (in de digitale krant bijvoorbeeld) of verschillende lettertypes, opmaak en andere mooimakerij die het echte lezen verstoren.
Nee, bij de e-reader gaat het alleen om de tekst. Deze kan alleen op zijn eigen merites beoordeeld worden omdat de lezer niet afgeleid wordt door kaft, opmaak, kleuren of de dikte van het boek.
Ik vind dat aan een kant heel prettig en merk dat ik me beter kan concentreren op wat ik lees. Tegelijkertijd mis ik het fysieke aspect; ik mis het gevoel van dikte van het boek, ik mis het heel snel heen en weer bladeren in een boek. Bij het lezen van de e-krant mis ik het snelle scannen van de pagina's, het verticaal lezen. Het scannen gebeurt nu door de inhoudsopgave door te kijken, maar dat kost enkele handelingen en doe ik dus niet vaak. Wat ik trouwens niet mis is de geur van boeken, waarom heeft iedereen het daar over in dit verband?

De leeservaring is door de bovenstaande grenzen van de e-reader veranderd van het snel, vluchtig bekijken van berichten, in het langzame, bedachtzame slow-reading. Ik merk dat ik gedwongen wordt zorgvuldiger te lezen en dat vind ik prettig. Ik merk dat ik nu gemakkelijk een hele avond aan het lezen ben in hetzelfde boek of zo een aantal kranten doorlees.

Als ik meer dan tekst wil dan ga ik de fysieke middelen gebruiken, in papiervorm dus,  maar zolang ik alleen geïnteresseerd ben ik de tekst is de e-reader mijn concentratie-hulpmiddel.

Via wifi is ook dit blog, in z/w te bekijken

Voor de (ook) noodzakelijke beeldinspiratie kijk naar de laatste Verbeeldingskr8 van Marina
 
Bookmark and Share